Publicatie rapporten 77 en 78 over de inzet van journalisten als agent door de MIVD en de AIVD
De CTIVD heeft onderzoek verricht naar de inzet van journalisten als agent door de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) en de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD).
De daaruit voortvloeiende rapporten toezichtrapport nr.77 en toezichtrapport nr.78 zijn gepubliceerd op 28 juni 2024. Bij de rapporten is een persbericht opgesteld. Zie link naar persbericht.
Agenten worden onder verantwoordelijkheid en instructie van de diensten ingezet om gericht gegevens te verzamelen die voor de taken van de MIVD en AIVD van belang kunnen zijn. De inzet van journalisten als bron door de inlichtingen- en veiligheidsdiensten is wettelijk toegestaan. Deze bevoegdheid was en is onderwerp van politieke en maatschappelijke discussie; dit vormde de aanleiding voor de CTIVD om deze onderzoeken uit te voeren.
De CTIVD heeft alle operaties onderzocht waarbij de MIVD en de AIVD een journalist heeft ingezet als agent in de periode van 1 januari 2019 tot 1 januari 2023. Hierbij heeft de CTIVD zich met name gericht op de bijzondere aspecten die het uitvoeren van de rol als agent voor een journalist en zijn bronnen met zich mee kan brengen ten opzichte van andere agenten.
De CTIVD heeft geen aanleiding om te veronderstellen dat de journalisten onder druk zijn gezet om te werken als agenten. Uit de onderzochte dossiers is verder gebleken dat de medewerkers van de diensten zich inspannen om de inzet van de journalisten als agent zo zorgvuldig mogelijk te laten verlopen.
Wel is op onderdelen nog onvoldoende aandacht voor de bijzondere positie die een journalist inneemt in de maatschappij en de extra (veiligheids)risico’s die de rol van agent en samenwerking met de diensten met zich mee kunnen brengen. Voor de MIVD geldt voorts dat de dossiervoering van een aantal agentoperaties tekort heeft geschoten en dat informatie die had moeten worden vastgelegd ten behoeve van aansturing, vastlegging en verantwoording daardoor niet beschikbaar is.
De CTIVD komt voor beide diensten tot aanbevelingen die met name gericht zijn op het verankeren van de werkwijze ten aanzien van journalisten als agenten in beleid en werkinstructies.
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Defensie onderschrijven de conclusies uit de rapporten en nemen de aanbevelingen over. De ministers hebben de rapporten op 28 juni 2024 naar de Tweede en Eerste Kamer gezonden. De CTIVD verwijst hier naar de begeleidende beleidsreacties van de ministers.